Op deze pagina vindt u informatie over de operatie waarbij de blaassteen via de plasbuis (urethra) verwijderd wordt uit de blaas. De ingreep die hiervoor wordt verricht, wordt blaas-lithotrypsie genoemd.

Blaasstenen worden vaak gevormd in de blaas. Vaak komt dat doordat er na het plassen teveel urine achterblijft in de blaas. Ook kan het komen doordat u veel ontstekingen van de blaas heeft gehad. In een enkel geval gaat het om een steentje dat in de nier is aangemaakt, maar die nu niet uitgeplast kan worden omdat deze niet door de plasbuis past.

De operatie kan zowel onder algehele narcose als met behulp van een ruggenprik worden uitgevoerd. Voordat de datum voor de operatie wordt gepland, heeft u nog een afspraak op de polikliniek Anesthesie waar u onder andere een gesprek heeft met een anesthesioloog. Deze specialist bespreekt met u de vorm van narcose. (Zie folder Anesthesie van het Ommelander Ziekenhuis.)

Ondanks dat er geen uitwendig zichtbare wond is, moet de ingreep als een echte operatie beschouwd te worden.
In sommige gevallen zal er bij de blaaslithotrypsie ook een ingreep worden gedaan die ervoor zorgt dat u beter leegplast, zoals een transurethrale resectie van de prostaat.

Bloedverdunnende medicijnen moeten in sommige gevallen worden gestopt voor de operatie. Als u bloedverdunnende medicijnen gebruikt, bespreken de uroloog en anesthesioloog met u of u met het gebruik van deze medicijnen moet stoppen, en als dit het geval is, hoeveel dagen van te voren u hiermee moet stoppen.

U moet op de dag van de operatie nuchter zijn.

Nadat u verdoving heeft gekregen wordt u in de juiste houding gelegd. U ligt dan op uw rug met uw benen opgetrokken in beensteunen.

Via de plasbuis wordt steriel een apparaatje met een camera tot in de blaas gebracht. Vervolgens kan zo onder zicht de blaassteen worden fijngemaakt met een tang of eventueel een laser. De stukjes worden hierna uitgespoeld.

Aan het einde van de ingreep wordt een katheter achtergelaten in de blaas om de blaas te kunnen spoelen. Eventueel kan bloed en achtergebleven steengruis hierdoor afgevoerd worden.

De katheter blijft vaak enkele uren zitten om voor een goede urineafvoer te zorgen en om de blaas te kunnen spoelen als dit nodig is. Bijvoorbeeld wanneer er gruis en/of stolsels aanwezig zijn.

Wanneer de urine helder gekleurd is, wordt de katheter weer verwijderd door de verpleegkundige op de afdeling. Wanneer het plassen hierna goed op gang is gekomen, kunt u naar huis.

Bij ontslag uit het ziekenhuis krijgt u een afspraak mee voor een controlebezoek bij de uroloog. Het kan zijn dat u verzocht wordt om bij deze afspraak met een volle blaas te komen.

U krijgt bij ontslag een nieuw medicatie-overzicht mee. Hierop wordt, indien van toepassing, vermeld wanneer u weer mag starten met innemen van uw tijdelijk gestopte bloedverdunners.

Het is belangrijk om de eerste week na de operatie extra te drinken: ten minste 2 liter per dag, bij voorkeur water. Dit zorgt dat de urine helder van kleur blijft en ook is de kans op het vormen van stolsels in de blaas kleiner. Bovendien spoelt achtergebleven restgruis zo gemakkelijker de blaas uit.

De eerste 2 weken na de ingreep is het verstandig wat rustiger aan te doen. Dit houdt in dat wij u vragen niet zwaar te tillen, veel te sporten, fietsen of seksuele gemeenschap te hebben. Wandelen mag uiteraard wel.

Eventueel kan de ontlasting minder hard gemaakt worden met behulp van medicijnen

Wij vinden het belangrijk dat u goed geïnformeerd bent over uw behandeling. Heeft u na het lezen van deze tekst nog vragen? Aarzel dan niet om deze te stellen. U bereikt de polikliniek Urologie op werkdagen tussen 8.00 en 16.30 uur op het telefoonnummer: 088 - 066 1000.

Is met de informatie op deze pagina uw vraag beantwoord?
Wilt u ons helpen deze pagina te verbeteren?

Bedank voor het insturen van uw feedback